’t Leenderkapelke

Bovenop de heuvel in het Kapellerbos staat ’t Leenderkapelke, gewijd aan de Onze-Lieve-Vrouw van de Berg Karmel. De Leenderkapel is gebouwd door graaf Johan Frederik van Schaesberg. In 1623 trouwt hij met Ferdinanda van Wachtendonk. Hun beide familiewapens zijn verenigd in het alliantiewapen boven de entree. In 1644 bezwijkt Ferdinanda aan een langslepende ziekte tijdens een bedevaart naar Kevelaer. Het is daarom aannemelijk dat de kapel in de periode 1623-1644 of kort daarna als eerbetoon is gebouwd. Volgens de overlevering is de Leenderkapel in de 18e eeuw een nachtelijke ontmoetingsplaats van de beruchte Bokkenrijders. Tijdens de Franse Tijd verwatert de Mariadevotie, om halverwege de 19e eeuw weer een opleving te maken. Ook tegenwoordig wordt nog ieder jaar in mei een Marialof bij de Leenderkapel gehouden.

Aan het ontstaan van de kapel is een bijzondere legende verbonden. Volgens de overlevering roept Johan Frederik van Schaesberg tijdens een veldslag de steun van Maria aan. Wanneer hij ongeschonden en als winnaar uit de strijd terugkeert, weet hij maar niet hoe hij haar moet bedanken. Op een nacht droomt hij dat het hevig sneeuwt boven zijn heerlijkheid. Het hele landschap raakt onder een witte deken bedekt. Vreemd genoeg is er één plek, bovenop de heuvel nabij zijn kasteel, die maar niet dicht wil sneeuwen. Wanneer de graaf de volgende ochtend naar buiten kijkt, kan hij zijn ogen niet geloven. Alles is bedekt onder een dik pak sneeuw, net als in zijn vreemde droom. Als hij zijn kasteel verlaat en de heuveltop beklimt, ontdekt hij dezelfde sneeuwvrije plek. Voor Johan Frederik is er geen twijfel mogelijk. Vóór hem ligt de grondslag van een kapel die hij ter ere van Maria moet bouwen, uit dank voor haar bescherming. De daaropvolgende lente trekt hij met zijn familie en onderdanen naar de voltooide kapel om de inzegening bij te wonen.